Introductie
De opkomst van digitaal geld verandert de manier waarop we betalen, sparen en waarde opslaan. Terwijl blockchaintechnologie aan de hand van cryptovaluta als Bitcoin en stablecoins wereldwijd steeds meer terrein wint, ontwikkelt de Europese Centrale Bank (ECB) een eigen antwoord: de digitale euro. Deze Central Bank Digital Currency (CBDC) moet het Europese monetaire systeem klaarstomen voor het digitale tijdperk. Maar waarom wil de Europese Centrale Bank een eigen CBDC, en wat zijn de zorgen? Op deze pagina lees je alles over de aanstaande digitale euro.
Wat is een CBDC?
De digitale euro is een zogenaamde CBDC, een cryptocurrency uitgegeven door een centrale bank. Maar wat is een CBDC precies? Een CBDC is een digitale versie van traditioneel geld die wordt uitgegeven door een centrale bank. In tegenstelling tot commercieel bankgeld of cryptovaluta zoals Bitcoin, is een CBDC volledig gedekt door de staat. De waarde ervan is stabiel en het gebruik ervan wordt strikt gereguleerd. De digitale euro is dus geen cryptomunt, maar een digitale vorm van de bestaande euro, beschikbaar voor zowel consumenten als bedrijven.
Het idee is dat burgers via digitale portemonnees toegang krijgen tot centrale bankgeld, net zoals zij nu contant geld kunnen gebruiken. In technische zin zou de digitale euro kunnen functioneren via apps, smartcards of zelfs offline betalingen. Volgens critici hebben centrale banken echter veel te veel controle over deze CBDC’s. Maar hierover later meer. Eerst even een stapje terug. Waar komen de plannen voor de digitale euro vandaan?
De aanloop naar de digitale euro
De eerste concrete stap richting de digitale euro werd gezet in oktober 2021, toen de ECB officieel begon met een onderzoeksfase voor een digitale euro. Deze fase duurde twee jaar en richtte zich op het ontwerpen van mogelijke systemen, het testen van technologieën, en het peilen van publieke opinie. In oktober 2023 startte de zogeheten “voorbereidingsfase”, die loopt tot oktober 2025.
Tijdens deze voorbereidingsfase wordt onder andere bepaald hoe het systeem technisch en juridisch wordt ingericht, welke partners worden betrokken (zoals commerciële banken en fintechbedrijven), en hoe de digitale euro in de praktijk zal worden uitgerold. Een uiteindelijke beslissing over de daadwerkelijke uitgifte van de digitale euro wordt pas in 2025 of later verwacht. Zowel de Europese Commissie als het Europees Parlement zal hier een stem in hebben.
Waarom komt er een digitale euro?
De digitale euro moet betalingen en transacties tussen banken onderling veel efficiënter maken. Maar de digitale euro is niet enkel bedoeld voor banken of financiële instellingen, integendeel. De Europese Centrale Bank (ECB) heeft vanaf het begin benadrukt dat de digitale euro juist bedoeld is als een betaalmiddel voor iedereen in de eurozone: banken, bedrijven én burgers.
Waar contant geld vandaag de dag nog dient als directe toegang tot publiek geld, wordt dit gebruik steeds minder. De digitale euro moet deze functie in digitale vorm overnemen. Dat betekent dat consumenten straks via een eenvoudige app of digitale portemonnee rechtstreeks digitale euro’s kunnen gebruiken voor alledaagse betalingen. Of het nu gaat om een kop koffie in de stad, een online aankoop of het betalen van een tikkie, de digitale euro moet een laagdrempelig en betrouwbaar alternatief worden voor bestaande betaalmiddelen. En dat, idealiter, zelfs offline.
Voor banken en betaaldienstverleners ligt de rol vooral in de distributie en infrastructuur. Zij zullen de digitale euro beschikbaar stellen aan hun klanten, vergelijkbaar met hoe zij nu betaalrekeningen beheren. De ECB neemt dus niet de rol van commerciële banken over, maar biedt een extra vorm van geld die wél volledig risicoloos is, omdat het rechtstreeks wordt gegarandeerd door de centrale bank.
In essentie wordt de digitale euro dus een toegankelijke digitale vorm van contant geld. Eén valuta die iedereen moet kunnen gebruiken, zonder technische drempels of extra kosten. Daarmee wil de ECB inspelen op een veranderende samenleving waarin digitaal betalen de norm is geworden, maar waarin de behoefte aan zekerheid, privacy en financiële inclusie uiteraard ook groot is.
Is dit anders dan digitale betalingen nu?
Hoewel we vandaag al gewend zijn aan digitaal betalen via bankapps, betaalpassen of platforms als iDEAL en Apple Pay, is de digitale euro fundamenteel anders dan deze bestaande vormen van digitaal geld. Het belangrijkste verschil zit in de bron van het geld dat we gebruiken.
Op dit moment zijn al onze digitale betalingen gebaseerd op geld dat we aanhouden bij commerciële banken, zoals bijvoorbeeld ING, ABN AMRO of Rabobank. Dit ‘privaat bankgeld’ is feitelijk een belofte van de bank dat je het bedrag kunt gebruiken of opnemen. In de praktijk werkt dat goed, maar het brengt wel risico’s met zich mee. Als een bank failliet gaat, is je geld tot een bepaald bedrag verzekerd, maar het blijft afhankelijk van een commerciële partij, en dit is niet risicoloos.
De digitale euro is daarentegen een digitale vorm van publiek geld, net als contant geld, maar dan voor gebruik in de digitale wereld. Het wordt uitgegeven en gegarandeerd door de Europese Centrale Bank. Dat betekent dat je betalingen doet met geld dat direct wordt ondersteund door de centrale bank, zonder tussenkomst van een commerciële instelling.
Tot slot maakt ook blockchaintechnologie een gigantisch verschil. Blockchain maakt het mogelijk om transacties veilig, transparant en onveranderbaar vast te leggen, wat de betrouwbaarheid en controleerbaarheid van het systeem versterkt. Daarnaast kan blockchain bijdragen aan snellere en goedkopere betalingen, met name bij grensoverschrijdende transacties.
Kritiek en zorgen
De digitale euro, en CBDC’s in het algemeen, zijn ondanks de voordelen vaak het middelpunt van kritiek. Vooral privacykwesties springen in het oog bij het beoordelen van de digitale euro.
- Privacy: Veel burgers maken zich zorgen over de mogelijkheid van overheidscontrole op hun uitgaven. Hoewel de ECB zegt dat privacy centraal staat, is het de vraag in hoeverre anonimiteit technisch en wettelijk realiseerbaar is.
- Rol van commerciële banken: Banken vrezen dat klanten massaal hun geld zullen overhevelen naar de ECB, vooral in tijden van crisis. Dit zou hun positie verzwakken en kredietverlening in gevaar kunnen brengen. Als dit gebeurt dan zal de macht van de ECB sterk toenemen.
- Gebrek aan noodzaak: In landen met goed functionerende betalingssystemen, zoals Nederland of Duitsland, vragen veel mensen zich af waarom een digitale euro überhaupt nodig is. Het nut is vooralsnog niet voor iedereen duidelijk.
- Technische complexiteit: De ontwikkeling van een veilige, schaalbare en gebruiksvriendelijke infrastructuur is geen sinecure. Bovendien moeten alle EU-lidstaten op één lijn zitten.
De toekomst van de digitale euro
Ondanks de obstakels en kritiek hoopt de ECB in oktober 2025 de voorbereidende fase voor de digitale euro af te ronden. Vervolgens zal de ECB met een definitief voorstel komen. Wordt dit goedgekeurd, dan kan de implementatie vanaf 2026 plaatsvinden. De invoering zal gefaseerd verlopen en gepaard gaan met brede voorlichtingscampagnes. Het succes van de digitale euro hangt af van vertrouwen: vertrouwen in de techniek, in de bescherming van privacy, en in de Europese instellingen die het project begeleiden.
De digitale euro is meer dan een technologische innovatie; het is een geopolitieke, economische en maatschappelijke keuze. Europa wil met deze digitale munt inspelen op de veranderende wereld, waarin digitaal geld en financiële soevereiniteit steeds belangrijker worden. De digitale euro blijft echter het doelwit van de nodige kritiek. Het is een grote verandering, en dit brengt natuurlijk zorgen en onzekerheden met zich mee. De tijd zal leren op welke wijze de digitale euro uitgerold zal worden en hoe de privacykwesties zullen worden geadresseerd. Wat vaststaat: de ECB heeft zijn zinnen gezet op de komst van de digitale euro, en het Europese financiële systeem gaat een nieuw tijdperk tegemoet.